Wilma –Faith
(Wat voorafging: Aangekomen op het vliegveld van Martinique wachtte Wilma vergeefs op taxichauffeur Michel, die haar naar de haven van le Marin zou brengen. Dat ze bij de verkeerde chauffeur in een busje stapte, merkte Wilma pas toen het voertuig zich al met enige snelheid over de wegen van het tropische eiland bewoog)
De witte Volkswagenbus hobbelt over de weg. Wilma proeft de smaak van ijzer in haar mond. Dat kan de dood betekenen. Dat haar chauffeur niet Michel heet, weet Wilma sinds tien minuten. Haar kwartje viel tegelijk met de man’s woorden; ‘no no, me name is Tony. Where do you wan’t to go?
Ze had een Michel verwacht, maar een Tony gekregen. Kon ze hem geloven op zijn woorden,‘yes, yes i will bring you to le Marin’?
Want hadden ze, na meer dan een half uur rijden door het pikzwarte Martinique, daar al niet moeten zijn? Zo groot is dat hele eiland toch niet?
Met elke ademhaling raakt Wilma er meer van overtuigd dat ze nooit in de haven aan zal komen. Ze leert dat het geen leeg gezegde is, dat het zweet je aan alle kanten uitbreekt. Het is een bewering die klopt zoals het hart in haar keel.
De chauffeur draait aan de knop van de radio. ‘Because I gotta to have faith,’ schalt een hitsige George Michael door de auto. Is het een sadistisch spelletje of een teken van moeder Aarde. De man zingt wellustig mee met een lied over vertrouwen, gemaakt door een dood iemand. Tegelijkertijd grijnst hij vol naar haar in de achteruitkijkspiegel.
Wat Wilma eruit haalt is dat de man zo naar alle waarschijnlijkheid de bus zal stoppen. Om haar op de achterbank te komen bevoelen en bepotelen. Haar tot slot als een volle vuilniszak te dumpen in de berm langs de weg. ‘I gotta, gotta, gotta have faith.’
Wilma rilt als ze zijn blik vangt. Dat hij een voortand mist, maakt alles nog akeliger echt.
Before this river, Becomes an ocean. Soms kun je een liedje duizend keer horen zonder te weten wat de tekst zegt. Nu hier in het busje dat naar haar einde rijdt, snapt Wilma het opeens. George maakte van zijn rivier geen oceaan. En zo, besluit Wilma, laat zij het door Tony bedachte scenario niet de waarheid laten worden.
Wat denkt die man eigenlijk. Zomaar iemand van het vliegtuig op te pikken en die vervolgens een beetje te gaan liggen misbruiken in een vuil busje. Denkt hij nu echt dat zij, vrouw van de wereld (en van Wolfgang. Hemel wat mist ze haar Wolfgang!), zich zal laten overmeesteren door de eerste de beste tandeloze Martiniquaise half-crimineel?
Gesterkt door de geest van George Michael pakt Wilma haar handtas op schoot, rits hem open en neemt ze haar telefoon eruit. Ze mag dan geen bereik hebben, verstand heeft ze voldoende. Ze opent haar camera en richt dan haar mobiel op de chauffeur.
Straks, als hij zijn busje langs de stille weg parkeert om zijn coup te plegen, zal ze hem vertellen dat zijn foto en hun locatie al bekend zijn bij de plaatselijke 112. Dat haar wifi niet werkt, hoeft haar belager niet te weten.
In de verte verdwijnen de lichten van de witte bus. Wilma weet niet waar haar verontwaardiging eindigt en haar schaamte begint. Ze is zojuist door chauffeur Tony uit zijn taxi gezet. De flits van haar camera kwam voor hem onverwacht. Geschrokken en verblind, slingerde hij de bus naar de kant van de weg. Dat Wilma daarbij gilde en riep’ Don’t rape me, don’t rape me,‘ hielp haar zaak niets.
‘Get out of my car, crazy old lady,’ had taxichauffeur Tony haar dwingend gezegd.
Daar staat ze dan. Met haar koffer langs de kant van de weg op het donkere eiland. En ook al fluit er een nachtvogel en aait de tropische avondwind haar benen. Echt troosten doet het haar niet.
Wat leuk dat je Wilma hebt gelezen. Wilma mag worden gedeeld en haar je duimen geven mag ook. Wil je Wilma vanaf het begin lezen, klik dan op de link @rsauerschnig